Archive for the 'De Middeleeuwen' Category

De zwarte dood

Een monografie over de pest, die in de veertiende eeuw in Europa woedde. Ze heeft volgens de auteur een einde gemaakt aan de feodaliteit, luidde het begin van het kapitalisme in, en veroorzaakte de eerste golf van twijfel aan de traditionele vormen van godsdienst en geloof. Maar wat voor een ziekte het is geweest weet men blijkbaar nog altijd niet. Het boek mengt geschiedenis en fictie op een manier die de auteur als professor van de universiteit van Cambridge blijkbaar kan verantwoorden…



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 9)

Besluit

Met het einde van de honderdjarige oorlog zijn we ook gekomen aan het begin van wat de historici de



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 8)

Het merkwaardige slot van de oorlog: 1420-1453

Inderdaad, op het eigenste moment dat de koning van Engeland ook koning van Frankrijk zou worden, dank zij de overwinning in Azincourt en het verdrag van Troyes in 1420, waarbij koning Karel VI met de steun van Philips de Goede van Bourgondië (die de moord op zijn vader wilde wreken) Hendrik V van Engeland tot zijn wettige erfgenaam maakte, op dat moment ontwaakte het Franse nationale bewustzijn. Voor de Fransen was niet Hendrik V, maar wel de wettige Dauphin, de latere Karel VII, die in Bourges zat, de enig mogelijke Franse koning. En een Franse boerendochter, Jeanne d



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 7)

Het verloop van de oorlog van 1341 tot 1420

De Engelsen behalen eerst een paar eclatante overwinningen, mede dank zij nieuwe aanvalstechnieken: de ridders moeten er weer eens aan geloven. Met de zwarte pest als intermezzo (1341-1351) richt het oorlogsgeweld in Frankrijk grote vernielingen aan. In 1358, zestien jaar na het uitbreken van de oorlog, nemen de Engelsen de Franse koning gevangen mee naar Engeland.

Gevolg: verwarring, onzeker bestuur en opstanden in het Franse land. De staten-generaal zal van regent Karel eisen dat hij de schuldigen voor de nederlagen, de koninklijke raadslieden, straft. Onder leiding van de burger Etienne Marcel breekt in de stad Parijs een revolutionaire algemene staking uit, de eerste van een hele reeks revoluties die Frankrijk sindsdien zou kennen. Tenslotte breekt ook op het platteland een gewelddadige boerenopstand uit, ten gevolge van de erbarmelijke situatie van de boerenbevolking op het platteland. Deze opstand werd



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 6)

3. De honderdjarige oorlog: 1340-1453

Omdat dit conflict de hele late middeleeuwen heeft beheerst, gaan we hier wat dieper op in. Het heeft uiteraard Engeland en Frankrijk tot in hun diepste geledingen geschokt, maar had ook zijn gevolgen voor de rest van Europa, inclusief ons eigen gebied Vlaanderen.

De verre aanleiding

De verre aanleiding voor het conflict lag zelfs in Vlaanderen. De graaf van Vlaanderen was sinds oudsher vazal van de koning van Frankrijk. Maar de steden in Vlaanderen, die welvarend waren geworden door de lakennijverheid (Brugge en Gent) kochten hun basisproduct, wol, in Engeland. Toen sociale spanningen ontstonden tussen de handwerklieden en neringdoenden in de steden, de wevers, spinners enz. enerzijds en de rijke kooplieden anderzijds, zochten de eersten (



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 5)

In de 14e eeuw is de tijd van de eens zo machtige Duitse keizers voorgoed voorbij. De verdeling en versnippering van het heilige Roomse Rijk in verschillende territoriale vorstendommen gaat verder. De koningen of keizers worden nu verkozen door de keurvorsten, dwz vanaf 1356, op basis van de gouden bul van keizer Karel IV, door zeven keurvorsten, drie geestelijke (Mainz, Trier en Keulen) en vier wereldlijke (de paltsgraaf van de Rijn, de hertog van Saksen, de markgraaf van Brandenburg en de koning van Bohemen). Die vorsten kregen zo een vrijwel onbeperkte macht; de doodstrijd van het rijk zal duren tot in 1806. Op het einde van de 15e eeuw hadden zo



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 4)

2. Wat is er in die



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 3)

1. De late middeleeuwen: crisis van de christenheid.

De christenheid heeft vaste vorm gekregen. De typisch middeleeuwse expansie is voorbij. Wanneer een nieuwe expansie van het christendom einde 15e eeuw weer op gang komt is het karakter ervan ingrijpend gewijzigd. De invallen van vreemde volkeren zijn met die van de Mongolen in de 13e eeuw in Polen en Hongarije voorgoed afgelopen.

Rond 1300 vertonen zich de eerste crisisverschijnselen: hongersnood (in 1315-1317: de grootste ooit in het Westen); afname van de bevolking; vermindering van de landbouwactiviteit en dus ook van de inkomsten; groeiende onverdraagzaamheid, inquisitie, heksenvervolging; volksoproer in de steden; groeiende invloed van de geldeconomie: de Italiaanse bankiers, eerste grote gelddevaluaties in het Frankrijk van Philips de Schone.
In de 14e eeuw zal na 1348 de tweede grote pestepidemie (na die van de 6e eeuw) de reeds door hongersnoden geteisterde en verzwakte bevolking decimeren, en de crisis tot een catastrofe doen uitgroeien.
De feodale klasse greep in deze crisistijd naar het middel bij uitstek om haar positie te vrijwaren: de oorlog. Hét voorbeeld: de honderdjarige oorlog, door de Franse en Engelse adel gezien als oplossing voor hun problemen. Maar door de crisis wordt ook de centralisatie van de staat bevorderd en kent de nieuwe klasse van de burgerij een stijging van het levenspeil. Dit is een voorbereiding op een nieuwe tijd, die wij Renaissance noemen.



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 2)

In Duitsland en Italië (het heilige Roomse Rijk): met de dood van Frederik II en de ondergang kort daarna van de dynastie der Hohenstaufen, en dank zij Karel van Anjou, broer van Lodewijk IX van Frankrijk, die van de paus Sicilië had gekregen, verdwijnt in feite de ambitie voor één Heilig Roomse Rijk. Van 1254 tot 1272 is er geen keizer. Met Rudolf I van Habsburg (1273-1291), de eerste keizer na het interregnum (de onderbreking) komt de dynastie van de Habsburgers op de voorgrond. De Habsburgers, die in Oostenrijk zullen regeren tot in 1918, hebben in feite de idee van één Rijk opgegeven en al hun ambities geconcentreerd op het oosten van Duitsland, Oostenrijk, en later op Karinthië en Bohemen (met Praag). Alle aandacht gaat voortaan naar het vergroten van het familiebezit (de



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (IV, 1)

De late Middeleeuwen (14e en 15e eeuw)

Inleiding: Europa in het jaar 1300, stand van zaken

In Frankrijk is Philips IV, de Schone, koning: op meedogenloze wijze legt hij kerk, adel en steden zijn macht op. Een sterk gecentraliseerd bestuur, dat echter veel geld kost. Vandaar het probleem waar Philips mee worstelde: hoe aan geld geraken? Vooral met dat doel voor ogen vormde hij een centraal vertegenwoordigend lichaam, de Staten-Generaal (les Etats-Généraux). Dit was een grotere groep adviseurs, die bestond uit vertegenwoordigers van de drie



ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (III, 13)

5. De Mongolen

De Mongolen of Tataren hebben onrechtstreeks hun steentje bijgedragen tot de ondergang van het Byzantijnse rijk. Twee mongolenrijken hebben gebloeid:

  • in de 13e eeuw dat van Dzjengis-Khan, dat zich uitstrekte van Noord-China tot aan de Zwarte Zee, maar onbestuurbaar bleek. Onder de zonen van Djengiz-Khan kwam de Mongoolse bedreiging tot Polen en Hongarije, waar de Mongolen de ridderlegers versloegen (in 1241), maar zich gelukkig terugtrokken omwille van de dood van de Groot-Khan in Mongolië. Dat is de redding geweest van Europa. Ze veroverden daarna nog Perzië en Syrië, maar moesten het onderspit delven tegen de Egyptische Mamelukken, huursoldaten-slaven uit het gebied van de Zwarte Zee die in Egypte een militair bewind hadden gevestigd.
    De vijandschap tussen Mongolen en Moslims verleidde de paus tot de idee van een bondgenootschap met de Mongolen tegen de Moslims. In de 13e en 14e eeuw zijn heel wat westerse gezanten voor de paus naar Mongolië en China getrokken om diplomatieke relaties aan te knopen. Willem van Rubroek, een Vlaamse monnik uit Ruusbroeck in Frans-Vlaanderen , was één van hen, in 1253. Na hem zal ook Marco Polo, in 1275, met die opdracht naar het verre Oosten trekken.
    Het relaas van Willem van Rubroek over zijn tocht in 1253-55 is in Nederlandse vertaling uitgegeven door de Heemkundige Kring van Tielt in 1984. Het was oorspronkelijk geschreven in het Latijn en werd in 1706 voor het eerst in het Nederlands vertaald en uitgegeven. In 2003 verscheen het reisverhaal van Stanley Stewart:



  • ALGEMENE GESCHIEDENIS 4. De Middeleeuwen (III, 12)

    4. Byzantium van 1000 tot 1453

    Vorige keer hebben we Byzantium verlaten na de tweede gouden eeuw: de 10e en eerste helft van de 11e eeuw. De tijd van de Macedonische keizers, met hun overwinningen op de Bulgaren en de Russen. In de 11e eeuw echter ondergraaft het feodaliseringsproces de fiscale en militaire grondslagen van het rijk. De keizers kunnen niet op tegen de macht van de grootgrondbezitters.

    In 1054 komt de definitieve breuk met de kerk van Rome. De oostelijke kerk, de orthodoxie, gaat haar eigen weg. Latere pogingen tot hereniging, o.m. om het gevaar van de opdringende Turken te weren, mislukken, deels wegens de kruistochten van de




    You can follow any responses to this entry through the RSS 2.0 feed. You can leave a response, or trackback from your own site.